De 6 stadia van RECKEWEG

image001
Afbeelding laat de tussenliggende ruimte zien tussen de cellen, het basis bioregulatie systeem (BBRS), dit kan belast raken met toxines.

“Ziekten overvallen ons niet als een donderslag bij heldere hemel, maar ontwikkelen zich uit de dagelijkse kleine zonden tegen de natuur. En als deze zich hebben opgehoopt, breken ze schijnbaar plotseling uit in een ziekte!” – Hippocrates.

Ons leven lang krijgt ons lichaam dagelijks voeding, drinken, lucht en zonlicht en we beseffen vaak niet dat we ook gifstoffen binnen krijgen. Wanneer het lichaam deze gifstoffen goed kan afdrijven door zweten, uitademen, urine en ontlasting dan is dit geen probleem, maar wanneer dit wordt verhoogd door toxines uit voeding, genotmiddelen, medicijnen, cosmetica, schoonmaakmiddelen en luchtvervuiling dan zal het gifgehalte in het lichaam schrikbarend toenemen.

De organen zoals de lever en lymfe en de uitscheidingsorganen zoals darmen, longen, huid en nieren raken overbelast . Dit geeft een onvoldoende verwijdering van gifstoffen waardoor deze zich vastzetten in het lichaam en dan krijgt men klachten zoals ziekte, ontstekingen en andere vervelende ongemakken. Je moet deze klachten dan ook zien als een poging van het lichaam om zich te ontdoen aan gifstoffen. Reckeweg maakte in zijn homotoxicoseleer een onderscheid in zes zelfvergiftigingsfasen, oplopend van licht verontreinigd tot zwaar vervuild. Bij de eerste drie fasen, de humorale ziektefasen, zijn het bloed en de lichaamsvochten verontreinigd. Bij de laatste drie fasen zijn de gifstoffen vanuit het bloed en de lichaamsvochten de cellen binnengedrongen, dit zijn de cellulaire ziektefasen. Iedere fase vraagt om een andere therapeutische ondersteuning.

In een levend bloed analyse kun je zien of er een verhoogde  toxische belasting aanwezig is het lichaam. De vormen van de rode bloedcellen, hoe zij zich bewegen geven, en met de rest van het bloedbeeld geeft al een indicatie dat er iets aan de hand is in het lichaam. Een veel gehoorde opmerking van mensen die worden geconstateerd op kanker (zesde fase) geven vaak aan, dat ze helemaal niets hebben gemerkt dat ze ziek waren.

Een voorbeeld zou zijn. Dat men in de eerste fase een hoestje hebben, welke in de tweede fase overgaat naar benauwdheid, in de derde fase bronchitis, in de vierde fase een chronische bronchitis, de vijfde fase  en in de laatste fase longkanker.


Hieronder zie je de zes fases van Dr. Reckeweg:

Stadium 1: uitscheidingsfase
Het teveel aan gifstoffen wordt op een natuurlijke manier uitgescheiden door de nieren (urine), de huid (transpireren, begin van huiduitslag), de darmen (ontlasting), de longen (koolzuur) en de baarmoeder (menstruatie). Zijn deze organen overbelast, gebruikt het lichaam zijn zogenaamde noodventielen traanvocht, oorsmeer, speeksel, roos en witte vloed.
Emotioneel staat deze fase voor het functionele gebrek om stress het hoofd te bieden, er is te weinig vitale levenskracht.

Stadium 2: reactiefase
Lukt het niet om de gifstoffen via de uitscheiding kwijt te raken, dan gebruikt het lichaam andere hulpmiddelen. In de eerste plaats de ontsteking en in de tweede plaats de koorts. Een ontsteking is dus een doelmatige reactie van ons organisme om afvalstoffen onschadelijk te maken. Natuurgeneeskundig gezien proberen we deze reactie te ondersteunen. Het geven van antibiotica betekent het onderdrukken  aan de natuurlijke weerstand van het lichaam en is een onjuiste behandeling, die aanleiding geeft tot het ontstaan van chronische ziekten. In de reactiefase horen naast koorts en griep en ontstekingsreacties zoals neusverkoudheid, longontsteking, blaasontsteking, enzovoort, ook eczeem en huiduitslag thuis.
Emotioneel ervaart men in deze fase een basisgevoel dat erop wijst dat er een gefixeerde, onherstelbare zwakte in de persoon bestaat, waar deze mee om moet gaan, want er het is moeilijk dit te veranderen. Het liefst moet dit voor anderen verborgen blijven. Men heeft de neiging te overdrijven. Als men faalt, probeert men te ontsnappen in woorden, gebaren of door anderen de schuld geven. Men onderdrukt negatieve aspecten, lost ze niet op of is zich hier niet bewust van.

Stadium 3: depositiefase
In deze fase lukt het niet om afvalstoffen via uitscheiding en ontsteking onschadelijk te maken en dan kiest het lichaam voor een andere oplossing, namelijk het afzetten van schadelijke stoffen in de minst belangrijke weefsels. Dit gebeurt om de vitale organen als hersenen, hormoonklieren, nieren, enzovoort te beschermen. Deze weefsels zijn bij voorkeur het bindweefsel, de spieren, pezen en gewrichten. Deze fase wordt ook wel de stille fase genoemd. Als je echter een beetje op je lichaam let zijn er natuurlijk wel aanwijzingen zoals vochtophoping, stijve spieren en gewrichten, enzovoort. Verder horen ook aandoeningen als nierstenen, kalkafzetting, obstipatie, oedeem, goedaardige tumoren en levervlekken in deze fase thuis.
Emotioneel staat deze fase voor nog beter wegstoppen van gevoelens. Vaak zie je dat mensen erg veel schuldgevoelens hebben, vluchten in alcoholisme of andere verslavingen en dat mensen vaak last hebben van depressieve gevoelens.

Tot nu toe speelt alles zich af in het vloeistofsysteem van het lichaam. Fase één tot en met drie behoren daarmee tot de humorale fase. Ziekten in deze fasen noemen we acute ziekten. Acute ziekten hebben het vermogen en het doel het lichaam te genezen, afvalstoffen op te ruimen en de doorstroming te bevorderen. Natuurgeneeskundig proberen we deze processen juist te ondersteunen door de uitscheiding te stimuleren.
Na fase drie komen we in de cellulaire fase, dat wil zeggen dat de afvalstoffen de cel binnen dringen. Vaak ontstaat er dan vernietiging van weefsel. De ziekten die daarbij horen, noemen we chronische ziekten. Het lichaam komt in een soort vicieuze cirkel. Er zijn meer afvalstoffen en er is minder doorstroming, waardoor er meer afvalstoffen blijven liggen, wat leidt tot nog minder doorstroming, enzovoort.

Fase 4: impregnatiefase
De gifstoffen dringen de cel binnen. Evenals bij de depositiefase, blijft de schade hier beperkt tot een groepje cellen of een orgaan. De cel kan nog herstellen. Tot deze fase behoren aandoeningen zoals migraine, maagzweer, leverbeschadigingen, astma, vleesbomen, lymfeklierzwellingen, enzovoort.
Centraal in deze fase staat dat er steeds meer een gevoel van ontheemd zijn aanwezig is, met al haar varianten. Dat komt vanuit een gebrek aan eigen identiteit, steeds meer angsten door geblokkeerde zelfexpressie en nog meer vluchten voor de werkelijkheid.

Fase 5: degeneratiefase
De cellen zijn zo beschadigd dat zij niet meer kunnen herstellen. Bijvoorbeeld tuberculose, multiple sclerose, verlamming, levercirrose, werveldegeneratie, schrompelnieren en steriliteit.
Centraal in de psyche staat het zwaar onder controle staan van degene van wie men afhankelijk is. Het voelt aan als overleven.

Fase 6: neoplasmafase
Het regulerende mechanisme (de celkern) is aangetast. Er ontstaat een wildgroei aan cellen. Tumoren en gezwellen horen in deze fase. De gezwelvorming is de eindfase van een meestal langdurig proces. In dit proces hoeven niet alle fasen te worden doorlopen.
Het gevoel van overleven wordt sterker. Mensen voelen zich machteloos en verraden door het leven.

“Iedereen die geen tijd voor zijn gezondheid heeft of neemt, zal op den duur tijd moeten nemen voor zijn ziekte!”

Humorale stadia:
 1. Uitscheidingsfase  2. Ontstekingsfase  3. Verslakkingsfase
Gebrek aan eetlust

Transpireren

Vermoeidheid

Verkoudheden

Slijm opgeven

Hoesten

Tranende ogen

Niezen

Diarree

Vaak plassen

Loopneus

Slaapstoornissen

Ademhalingsproblemen (o.a. hyperventilatie)

Ontsteking, abces (etter, slijm)

Bindweefselont-stekingen

Angina

Huiduitslag

Zenuwontsteking

Gewrichtsontsteking

Maagontsteking

Darmontsteking

Urineweginfecties

Koorts

Griep

Alles wat eindigt met `itis’ (= ontsteking).

Levervlekken en andere huidverontreinigingen

Stoflong

Galstenen

Nierstenen

Jicht

Reumatische aandoeningen

Goedaardige tumoren

Aderverkalking

Lymfeklierzwelling

Bloedafwijkingen

Cellulaire stadia:
 4. Verzadigingsfase  5. Degeneratiefase  6. Ontwrichtingsfase
Leverschade

Maag-,

Darmzweren

Hartgebreken

Chronische astmatische

bronchitis

Wratten

De klinische benamingen van deze aandoenin-gen eindigen voor het merendeel op de uitgang ‘ pathie’ (myocardiopathie, cholecystopathie).

Levercirrose

Verschrompelde nieren

Multiple

sclerose

Verlammingen

Blindheid

Doofheid

Diabetes

Osteoporose

Kwaadaardige woekeringen (kanker)

Immuniteitsverlies

Ernstige stofwisselingsaan

doeningen