Schüßlers celzout-therapie

In de celmembraan zitten allerlei kanaaltjes, pompen en receptoren voor bepaalde minerale zouten. De zouten die belangrijk zijn voor het transport binnen de cel, zijn onder andere natrium, kalium, calcium en magnesium. Omdat bij ziekten sprake is van een tekort aan celzouten, moeten deze toegevoegd worden, zodat de cellen weer goed gaan functioneren.

Doordat er kleine hoeveelheden van deze zouten in Schüßlers celzouten zitten, lossen ze makkelijk op, verdelen ze zich gemakkelijk en worden ze goed door het lichaam opgenomen waar het nodig is. Omdat er een concentratieverschil is, gaat een zout juist naar de plaatsen waar een tekort aan dat zout is. Hierdoor wordt de concentratiebalans aan zouten in het lichaam hersteld en zullen de cellen beter functioneren

Dr. Wilhelm Schüßler is biochemicus (biochemie = chemie van het leven) en heeft de celzout-therapie ontwikkeld. Hij was werkzaam als arts, chirurg en verloskundige.

De Nederlandse fysioloog Jacob Moleschott ontdekte dat de opbouw en levensvatbaarheid van organen door anorganische bestanddelen (zoals de anorganische mineraalzouten) bepaald worden. Met deze kennis ging Dr. Schüßler op zoek naar een therapievorm die hierop aansloot.

Hij stelde vast dat door gebrek aan minerale zouten een remming van de celstofwisseling plaatsvond. Bij toevoer van de ontbrekende minerale zouten (celzouten), komt de gestoorde celstofwisseling weer op gang. Voorde  Schüßlers celzout-therapie kunt u terecht bij ons terecht.

Download hier onze folder Folder Schüßlers celzout-therapie